|
"'k Kan niet terug naar New York ... Has een poosje geleden problemen met de politie. De grens over en doodgaan in de cel, da's het idee..."
— Marco Clay —
|
|
|
|
Matt Broersma mag dan wel de minst bekende naam zijn die Oog & Blik al publiceerde in de collectie Ignatz (naast David B., Igort en Gipi), toch maakt hij met het eerste deel van Insomnia al meteen duidelijk dat het hier geen aarzelende debutant betreft. Deze in Groot-Brittanië residerende Amerikaan publiceerde de voorbije jaren bij tal van kleine uitgeverijtjes en in verschillende obscure tijdschriften verschillende strips. Hij bleek daarbij een voorliefde te hebben voor het surreële en het absurde, zonder daarbij te vervallen in cartoons of gagstrips.
In Insomnia staan twee korte verhalen gebundeld. In Vier Heren voert Broersma vijf skeletten ten tonele die discussiëren over het kaartspel en hun verleden als mens. Het overgrote deel van het album wordt echter ingenomen door het eerste deel van het langere verhaal Eldorado. Marco Clay is een wat louche figuur die een heleboel op zijn kerfstok heeft. Veel meer komen we echter nog niet te weten in dit deel waarin hij de Amerikaanse grens wil oversteken, zich tracht te verdrinken en ook nog eens vriendschap sluit met een dronken caféklant.
Ondanks deze vreemde opeenstapeling van gebeurtenissen voelden we toch een dieperliggend verhaal dat wellicht in het tweede deel meer aan de oppervlakte zal komen. Heeft dit eerste deel op zich dan niets te bieden? Het tekenwerk van Broersma is een streling voor het oog en lijkt een smeltkroes van gekende Europese tekenstijlen (Joann Sfar, Jaqcues Tardi) die hij mooi verenigt in een eigen handschrift. Broersma tekent bijzonder sfeervol en beheerst perfect het leesritme van zijn verhaal. Zo mag de manier waarop Marco Clay in het verhaal geïntroduceerd wordt gerust een staaltje van verhaaltalent genoemd worden. Insomnia is dus zeker geen afknapper, maar om van een succes te kunnen spreken, moeten we nog even wachten op het tweede deel dat al in de steigers staat.
>
MARC BASTIJNS —
maart 2006 |