| "Ik heb het altijd geweten. Ik ben een grote verleider! Mijn meester kan niet in mijn schaduw staan" — Parmeno — | | | Van dezelfde tekenaar: • Beatifica Blues • Cinjis Qan • Giacomo C. • Klein Mirakel • Mister Black • Munro • Het Pension van Dokter Eon • Sade • Samba Bugatti • S.O.S. Geluk Als scenarist: • Vlad | Van dezelfde scenarist: • De Aasgieren • Andreas de Florentijn • Avel • Beatifica Blues • Chelsy • Dixie Road • Djinn • Dubbelmasker • Fox • Giacomo C. • Gotcha • Hemingway • Jaguar • Jessica Blandy • De Kinderen van de Salamander • De Klaagzang van de verloren Gewesten • Lucius • Maanbloed • Melly Brown • Mister Black • Murena • Niklos Koda • Pokervrouw • De Rochesters • De Rode Keizerin • De Rovers van de Keizerrijken • Sade • Samba Bugatti • Santiag • Schimmenspel • Venus H. | | Ooit was liefde duidelijk. Adam hield van Eva. Eva hield van Adam. Maar toen viel er een appel van een boom en werd de wereld in één klap een pak nieuwe woorden rijker: ontrouw, lust, liefdesverdriet, passie, drama. Giacomo Girolamo Casanova kende het ganse arsenaal. Deze Venetiaanse doctor in kerkelijk recht, violist, uitvinder van de gokloterij, romanschrijver, soldaat en ordinaire dief liet zijn leven bepalen door de liefde. Niet minder dan 122 minnaressen had hij, maar zelf bleef de stakker eeuwig verliefd op de Française Henriette door wie hij gedumpt werd. Het kon niet anders of zijn playboyleven moest verstript werden. In 1987 creëerde opkomend talent Jean Dufaux zijn eerste twee reeksen waarin helden ook een ziel mochten hebben: Jessica Blandy en Giacomo C. Beide reeksen hadden wat inloopalbums nodig, maar vertaalproblemen nekten de definitieve doorbraak van onze vrouwenversierder. Gelukkig brengt Glénat de jongste tijd in galop de ontbrekende deeltjes uit. Laten we elkaar niets wijs maken: Giacomo C. is geen Grote Kunst, maar ontspannend vertier. Volkstoneel voor de zaterdagavond. Romantische clichés, platvloerse grollen en doorzichtige complotten maken hier het mooie weer. Goudlokje, deel 14 alweer, is opnieuw een uiterst genietbare vaudeville. Onze rokkenjager wordt gedumpt door zijn maîtresse en is weer platzak. Bovendien wordt hij in elkaar geslagen door een bende parvenu’s. Zijn knecht Parmeno kan het niet meer aanzien en probeert zelf hun boterham te verdienen. De bloedmooie en rijke Flavia neemt hem aan als lijfwacht. En ja hoor... Het opvallendste van deze strip is de fijne grafische uitwerking van de Wilrijkenaar Griffo. Deze voormalige rocksterkarikaturist van Humo heeft zich volledig gevonden in dit 18de-eeuwse Venetië. De inkleuring is ronduit verfrissend, de gebouwen schitteren en de gezichten hebben terug de kracht van zijn magnus opus Mister Black. Het is dan ook doodjammer dat Glénat gekozen heeft voor de makke covers van de reguliere Franse uitgaven in plaats van de veel verleidelijkere eyecatchers van de grootformaatversies. Zo blijft onze favoriete bloempjesplukker het moeilijk hebben om boven zichzelf uit te groeien. Hopelijk krijgt Casanova voor het volgende en allerlaatste album wel het afscheidsapplaus dat hij verdient. Duimen maar. > WOUTER PORTEMAN — januari 2006 |